Blog :

Huisvesting van arbeidsmigranten

Binnen de gemeente Westland is veel te doen rondom de huisvesting van arbeidsmigranten. De discussie speelt niet alleen hier, maar door heel Nederland. De juridische problemen bij de huisvesting van arbeidsmigranten ontstaan vaak doordat de bestemmingsplannen huisvesting op deze plaatsen niet toestaan. Er is veelal strijd met het bestemmingsplan.

Als een gemeente dat wil, kan zij een dergelijke strijdigheid op verschillende manieren oplossen. De gemeente kan er voor kiezen het bestemmingsplan te wijzigen, maar een veel toegepaste methode is het verlenen van een omgevingsvergunning voor de tijdelijke afwijking voor 10 jaar. De zogenoemde ‘kruimelgevallenregeling’.

De Raad van State heeft in december 2018 geoordeeld in een kwestie waarin de gemeente Waalwijk een dergelijke vergunning voor de tijdelijke afwijking van het bestemmingsplan heeft afgegeven. De vergunning maakt de huisvesting van 252 arbeidsmigranten in 126 kamers op een bedrijventerrein mogelijk.

Een vastgoedbeheerder die enkele naastgelegen percelen in eigendom heeft, maakt bezwaar tegen de huisvesting van arbeidsmigranten omdat zij daardoor wordt gehinderd in haar bedrijfsuitoefening. Eventuele uitbreiding van haar bedrijfsactiviteiten zou niet meer mogelijk zijn omdat het woon- en leefklimaat van de arbeidsmigranten in het geding zou kunnen komen.

Het toepassen van de kruimelgevallenregeling houdt in dat de gemeente grote beleidsruimte heeft. De Raad van State past slechts een terughoudende toets toe. Het toetst of de gemeente in redelijkheid tot het genomen besluit heeft kunnen komen. Er wordt beoordeeld of de gemeente voldoende onderzoek heeft gedaan en of het besluit in redelijkheid op die resultaten kan worden gestoeld.

De Raad van State komt in deze kwestie tot de conclusie dat de gemeente voldoende onderzoek heeft gedaan. Daarnaast heeft de gemeente besloten conform haar eigen beleidsregels ten aanzien van de huisvesting van arbeidsmigranten. Tot slot heeft de gemeente op basis van de onderzoeksresultaten in redelijkheid kunnen besluiten om de kruimelgevallenregeling toe te passen. De vergunning blijft in stand.

Voor vragen kunt u zich wenden tot mr. J. (Jeanin) Bouwman-Treffers (Taurus Advocaten te Naaldwijk, telefoonnummer: 0174 – 527650, e-mail: treffers@taurusadvocaten.nl).

Kamerverhuur en uw buren, een spanningsveld!

De Raad van State heeft op 5 december 2018 een uitspraak gedaan over kamerverhuur enerzijds en zorgen van de buurman omtrent overlast anderzijds. Het college heeft een omgevingsvergunning verleend voor het inpandig wijzigen van een woning gelegen te Nijmegen ten behoeve van kamerverhuur met vijf kamers. De buurman heeft hiertegen bezwaar aangetekend en de stelling ingenomen dat hij vreest dat de kamerverhuur zal leiden tot een verslechtering van zijn woon- en leefklimaat en dat hij geluidsoverlast zal ondervinden.

De rechtbank heeft overwogen dat er geen aanleiding bestaat voor het oordeel dat kamerverhuur leidt tot een onevenredige aantasting van het woon-leefklimaat van de omgeving. De rechtbank is echter wel van mening dat het college ten onrechte geen onderzoek had verricht naar de gehorigheid van de woningen en daarmee naar de geschiktheid van de woning voor kamerbewoning. De rechtbank stelt dat de geschiktheid van de woning voor kamerverhuur geen aspect is dat naast de beoordeling of de kamerverhuur in strijd is met de goede ruimtelijke ordening, apart dient te worden onderzocht. Echter, nu de buurman heeft gesteld dat kamergewijze bewoning leidt tot onaanvaardbare geluidsoverlast diende het college bij de toetsing, of al dan niet een onevenredige aantasting van het woon-leefklimaat plaatsvindt, ook te onderzoeken of de woning geschikt is voor kamerbewoning en of kamerbewoning niet leidt tot onevenredige geluidsoverlast. Immers,
eventuele geluidsoverlast is een ruimtelijk relevant aspect wat onderzocht moet worden. Uiteindelijk heeft het college de Raad van State kunnen overtuigen dat de alsnog uitgevoerde onderzoeken tot de conclusie leiden dat de woning geschikt zal zijn voor kamerbewoning. De buurman heeft niet aannemelijk gemaakt dat kamergewijze bewoning van de woning zodanig veel intensiever is dan bewoning door een regulier huishouden dat deze leefgeluiden in de vergunde situatie onaanvaardbare geluidsoverlast opleveren.

Tip: overweegt u een omgevingsvergunning aan te vragen voor kamerverhuur in een woning met buren, zorg dan dat u ook beschikt over een gemotiveerde rapportage waaruit blijkt dat er geen sprake zal zijn van onevenredige geluidsoverlast. Zo kunt u reeds in de beginfase eventuele bezwaren van uw buren weerleggen, wat lange procedures kan voorkomen.

Taurus Advocaten is gespecialiseerd in complexe bestuursrechtelijke vraagstukken en heeft veel proces- en praktijkervaring. Schroom niet om contact op te nemen met Jeanin Bouwman-Treffers.Taurus-022

Sinterklaas ,van boeman naar kindervriend!

Gelukkig woon ik in het Westland! De constatering dat bij de intocht van de goedheiligman de pieten traditioneel zwart waren deed mij goed en ik bemerkte dat ik aangenaam verrast was. Het kinderfeest heeft zich helaas ontwikkeld tot een ware jaarlijkse rel waar politiek en rechtbanken mee worden lastig gevallen, talkshows hoge kijkcijfers mee scoren en een jaarlijks terugkerend podium voor Sylvana Simons waar ik me groen en geel aan erger.  De kinderen dreigen het kind van de rekening te worden, echter niet door zwarte piet.

Is er wel eens goed gekeken naar hoe het Sinterklaasfeest zich door de eeuwen heen heeft ontwikkeld? De figuur van Sinterklaas is in de loop der eeuwen geëvolueerd van een beschermheilige van de kinderen, via een boeman naar een folkloristische kindervriend. Ja, u leest het goed. Sinterklaas stond vroeger bekend als een boeman. Als je naar de geschiedenis kijkt dan zie je dat Sinterklaas in de 17de en 18de eeuw werd uitgedost als een afschrik-wekkende zwarte man met kettingen aan zijn voeten. Deze sinterklaasgestalte gaf snoepgoed aan brave kinderen en intimideerde ongehoorzame kinderen om ze tot gehoorzaamheid te bewegen. Tot in de 20ste eeuw zijn er sporen te vinden van deze boeman die met kettingen rinkelde en zijn zwarte knecht die kinderen in de zak stopte. Kortom, er was zowel voor de zwart sint als de zwarte piet angst.

Sinds het boekje Sint Nikolaas en zijn knecht, geschreven door Jan Schenkeman in 1850, is er sprake van een blanke Sinterklaas, een donkere knecht en een intocht met de stoomboot. De pieten hebben de rol van grappenmakers die vaak kwajongensstreken uithalen en Sinterklaas staat iets meer op afstand.  Is er hierdoor juist geen balans aangebracht? Ik vraag mij af of we dezelfde discussie zouden hebben als Sinterklaas nog traditioneel zwart was en er sprake was van witte pieten. Zou dat niet tot discussies leiden? Moeten we de kleur van Sint en Piet juist niet anders zien.

Zou juist het verschil in kleur er niet toe bijdragen dat het een feest is waar alle bevolkingsgroepen, ongeacht kleur of afkomst, op een positieve manier bij betrokken worden en in participeren. Het is echter een keus waar je de nadruk op blijft leggen.  Gelukkig hebben we in het Westland naar mijn mening ook dit jaar weer de juist keus gemaakt!

Jeanin Bouwman-Treffers